Het verrijkt je als persoon, doordat het werken met jongeren leerrijk, inspirerend en gewoonweg leuk is.
  Het kan op die manier een nieuwe dynamiek bieden binnen het werk en de onderzoeksactiviteiten.

De nieuwe contacten kunnen deel uitmaken van je netwerk, waarmee je later nieuwe samenwerkingsverbanden kunt opzetten.

  De deelname van volledige klasgroepen met meerdere leerlingen zorgt voor een opschaling van de data.
  Terwijl veel citizen-scienceprojecten op zoek gaan naar individuele burgers, heb je op deze manier meteen een grote groep jonge en betrouwbare participanten voorhanden, en dat via een contact met slechts één leerkracht of school.

 Scholen brengen graag onder de aandacht dat ze op een authentieke manier werken aan de onderzoekscompetenties van hun leerlingen.
  De communicatie van de school naar hun eigen netwerk (ouders, de scholengemeenschap, de lokale gemeenschap etc.) levert extra naamsbekendheid op voor het project.

Door een citizen-scienceproject in samenwerking met het onderwijs op te zetten, kunnen andere doelgroepen bereikt worden dan de typische burgerwetenschapper.
  Hoewel citizen science, als onderdeel van de Open Science-beweging, idealiter alle doelgroepen bereikt en zo wetenschappelijk onderzoek kan democratiseren, lijkt dat niet steeds het geval te zijn. De typische burgerwetenschapper is ook in Vlaanderen meestal een blanke, hoogopgeleide, oudere man.
  Door een citizen-scienceproject in samenwerking met het onderwijs op te zetten, bereik je andere (en jongere) doelgroepen dan de typische burgerwetenschapper. Dat is niet alleen een meerwaarde voor een meer representatieve dataverzameling, maar ook voor de bredere bekendheid van de methodiek van burgerwetenschap.