Wat je moet kennen en kunnen:
- Je kan een sketch openen in Arduino IDE en uploaden naar het Arduino-bord.
- Je kan een sketch weergeven in Tinkercad en de simulatie starten en stoppen.
- Je kan in eigen woorden de functies van de instructies setup() en loop() bespreken.
- Je kan een variabele en een constante declareren, initialiseren, voorzien van het correcte datatype en gebruiken in de sketch.
- Je kan formuleren waarvoor de datatypes int en void gebruikt worden.
- Je kan met de instructie pinMode() een pin als input/output instellen.
- Je kan met de instructie digitalWrite() een pin hoog of laag schrijven.
- Je kan een externe LED plaatsen op een digitale PIN.
- Je kan de instructie delay() inzetten om verschillende knipperpatronen te creëren.
- Je kan in een code de elementen die tot de syntax behoren aanduiden.
- Je kan de camelCase in eigen woorden omschrijven en toepassen.
- Je begrijpt het verschil tussen coderen en programmeren.
- Je begrijpt hoe het inzetten van pseudocode je code leesbaar kan maken.