Aan de slag





Opdracht

iSTEM is een Vlaanderenbreed consortium dat regelmatig nascholingen organiseert rond de COOL-methodiek voor het ontwerpen van STEM-projecten.



meer informatie






STEM-leerkrachten zijn vaak experts in 1 of maximaal 2 STEM-vakken. Deze ‘Aan de slag’ besteedt aandacht aan de kracht van vakexpertise, de bezorgdheden van de (toekomstige) STEM-leerkrachten en het verbinden van de STEM-leerkrachten vanuit hun vakexpertise en bezorgdheden. Alleen vanuit de verbinding van STEM-leerkrachten kan een gezamenlijk engagement aangegaan worden dat tot kwaliteitsvolle STEM-lessen kan leiden.

Deze ‘Aan de slag’ haalde zijn inspiratie uit ‘Met de vakgroep aan de slag …’ [1]



Opdracht


  • 1. Liefde voor het vak uitgedrukt
    Breng concreet materiaal mee waarmee je iets kan vertellen over de liefde voor het vak dat je geeft. Hoe concreter, hoe beter.
    • Waarom ben je leerkracht geworden?
    • Is er een bepaald voorwerp dat symbolisch verwijst naar je keuze voor onderwijs en je engagement als vakleerkracht?
    De bedoeling is dat je op zoek gaat naar dat voorwerp en hierover nog niet met je collega’s of medestudenten in gesprek gaat voor de eerste sessie.
  • 2. Samen zorgen bespreken
    De materialen van de eerste sessie blijven zichtbaar liggen. Denk na over de volgende vragen en noteer je gedachten in stilte:
    • Wat ervaar je momenteel als een bedreiging voor de liefde voor je vak?
    • Wat baart je zorgen als je kijkt naar je engagement als STEM-leraar?
    Zoek verbanden tussen de bedreigingen en zorgen van opdracht 2 en je passie als leraar die je ervaarde bij opdracht 1. Selecteer een zorg of bedreiging die je in het achterhoofd houdt bij het uitwerken van een STEM-les of STEM-project.
  • 3. Voorbereiden van een STEM-les
    Creëer een STEM-les in je TDT. Deze les kan deel uitmaken van een groter STEM-project. Je vindt bv. inspiratie bij ‘Aan de slag: STEM vanuit verschillende invalshoeken’. Hou hierbij rekening met het volgende:
    • Laat je passie als leerkracht en je vakexpertise spreken tijdens het uitwerken van deze les. Verbind je eigen passie en vakexpertise met die van de andere (student)leerkrachten in je TDT.
    • Hou de geselecteerde bezorgdheid in je achterhoofd bij de uitwerking van je les. Biedt je les een antwoord op deze bezorgdheid?
    • Denk ook na over de uitrol van de les. Zorg dat de verschillende (student)leraren van je TDT bij de les aanwezig zijn. Zeker voor studentleerkrachten van de lerarenopleiding kan dit georganiseerd worden.
  • 4. Geven van de STEM-les
    Geef de les.
    De (student)leerkrachten kunnen coteachen en er kunnen ook leerkrachten van het TDT observeren. Kon de les een antwoord bieden op je geformuleerde zorg? Zoek een antwoord op die vraag door de perspectieven van lesgever(s) en de observator(s) samen te leggen. Je kan de les eventueel opnieuw geven in een aangepaste vorm om een beter antwoord op je zorg te vinden.
  • 5. Terugblikken
    Kom na het geven van de STEM-les terug samen met je TDT. De documentatie over de les wordt op tafel gelegd en krijgt een plaats naast het materiaal van de eerste sessie.
    • Zat de STEM-les vakdidactisch goed in elkaar?
    • Was er een raakvlak tussen de STEM-les en je passies als leerkracht?
    • Kon de les een antwoord bieden op de geformuleerde zorg?
    Het kan interessant zijn om de bevindingen van het TDT te noteren en ergens digitaal op te slaan zodat je ze later nog kan raadplegen.



Je kan van hieruit ook het verband leggen met praktijkonderzoek. Uit de geformuleerde zorg zou je een onderzoeksvraag kunnen kristalliseren die de start kan worden van een cyclus praktijkonderzoek in de klas.




Referenties

[1] Frenssen, T., & Ardui, J., link naar de infographic



home


Opdracht

iSTEM is een Vlaanderenbreed consortium dat regelmatig nascholingen organiseert rond de COOL-methodiek voor het ontwerpen van STEM-projecten.



meer informatie






STEM-leerkrachten zijn vaak experts in 1 of maximaal 2 STEM-vakken. Deze ‘Aan de slag’ besteedt aandacht aan de kracht van vakexpertise, de bezorgdheden van de (toekomstige) STEM-leerkrachten en het verbinden van de STEM-leerkrachten vanuit hun vakexpertise en bezorgdheden. Alleen vanuit de verbinding van STEM-leerkrachten kan een gezamenlijk engagement aangegaan worden dat tot kwaliteitsvolle STEM-lessen kan leiden.

Deze ‘Aan de slag’ haalde zijn inspiratie uit ‘Met de vakgroep aan de slag …’ [1]



Opdracht


  • 1. Liefde voor het vak uitgedrukt
    Breng concreet materiaal mee waarmee je iets kan vertellen over de liefde voor het vak dat je geeft. Hoe concreter, hoe beter.
    • Waarom ben je leerkracht geworden?
    • Is er een bepaald voorwerp dat symbolisch verwijst naar je keuze voor onderwijs en je engagement als vakleerkracht?
    De bedoeling is dat je op zoek gaat naar dat voorwerp en hierover nog niet met je collega’s of medestudenten in gesprek gaat voor de eerste sessie.
  • 2. Samen zorgen bespreken
    De materialen van de eerste sessie blijven zichtbaar liggen. Denk na over de volgende vragen en noteer je gedachten in stilte:
    • Wat ervaar je momenteel als een bedreiging voor de liefde voor je vak?
    • Wat baart je zorgen als je kijkt naar je engagement als STEM-leraar?
    Zoek verbanden tussen de bedreigingen en zorgen van opdracht 2 en je passie als leraar die je ervaarde bij opdracht 1. Selecteer een zorg of bedreiging die je in het achterhoofd houdt bij het uitwerken van een STEM-les of STEM-project.
  • 3. Voorbereiden van een STEM-les
    Creëer een STEM-les in je TDT. Deze les kan deel uitmaken van een groter STEM-project. Je vindt bv. inspiratie bij ‘Aan de slag: STEM vanuit verschillende invalshoeken’. Hou hierbij rekening met het volgende:
    • Laat je passie als leerkracht en je vakexpertise spreken tijdens het uitwerken van deze les. Verbind je eigen passie en vakexpertise met die van de andere (student)leerkrachten in je TDT.
    • Hou de geselecteerde bezorgdheid in je achterhoofd bij de uitwerking van je les. Biedt je les een antwoord op deze bezorgdheid?
    • Denk ook na over de uitrol van de les. Zorg dat de verschillende (student)leraren van je TDT bij de les aanwezig zijn. Zeker voor studentleerkrachten van de lerarenopleiding kan dit georganiseerd worden.
  • 4. Geven van de STEM-les
    Geef de les.
    De (student)leerkrachten kunnen coteachen en er kunnen ook leerkrachten van het TDT observeren. Kon de les een antwoord bieden op je geformuleerde zorg? Zoek een antwoord op die vraag door de perspectieven van lesgever(s) en de observator(s) samen te leggen. Je kan de les eventueel opnieuw geven in een aangepaste vorm om een beter antwoord op je zorg te vinden.
  • 5. Terugblikken
    Kom na het geven van de STEM-les terug samen met je TDT. De documentatie over de les wordt op tafel gelegd en krijgt een plaats naast het materiaal van de eerste sessie.
    • Zat de STEM-les vakdidactisch goed in elkaar?
    • Was er een raakvlak tussen de STEM-les en je passies als leerkracht?
    • Kon de les een antwoord bieden op de geformuleerde zorg?
    Het kan interessant zijn om de bevindingen van het TDT te noteren en ergens digitaal op te slaan zodat je ze later nog kan raadplegen.



Je kan van hieruit ook het verband leggen met praktijkonderzoek. Uit de geformuleerde zorg zou je een onderzoeksvraag kunnen kristalliseren die de start kan worden van een cyclus praktijkonderzoek in de klas.




Referenties

[1] Frenssen, T., & Ardui, J., link naar de infographic