Jullie maken deel uit van een TDT binnen een school en jullie werken een blended STEM-project uit rond het thema ‘Ruimtevaart’. Jullie zullen samen met je TDT een TR-onderzoek uitvoeren rond de ontwikkelde blended leermaterialen en de uitrol ervan in de klas.
Opdracht 1: Je passie als leraar
Opdracht 2: Een TR-onderzoeksvraag formuleren
Nr. | Criteria | Vul hieronder in | |
---|---|---|---|
0 | Start: Mijn huidige onderzoeksvraag is: | ||
1 | Sluit het aan bij je interesse, waarom? | ||
2 | Verbetert het het leren van de lln.? Leg uit. | ||
3 | Is het een vraag waarvan je het antwoord nog niet kent? | ||
4 | Is het een vraag over je eigen lespraktijk? | ||
5 | Is de vraag concreet? | ||
6 | Is de vraag onderzoekbaar? | ||
7 | Draagt het antwoord op de vraag bij tot de verbetering van de lespraktijk? | ||
8 | Conclusie: Schrijf de aangepaste versie van je vraag hier: |
Opdracht 3: Je TR-onderzoeksvraag
Noteer jullie definitieve TR-onderzoeksvraag.
Opdracht 1 Methodes selecteren
Je hebt samen met je TDT een TR-onderzoeksvraag geformuleerd rond een blended STEM-project met als thema ‘Ruimtevaart’. De volgende stap is het selecteren van relevante data. Omwille van de betrouwbaarheid van de data verzamel je als team op minstens 3 verschillende manieren data (principe van triangulatie). Ga als volgt te werk:
Ga als volgt te werk.
Klik op een link voor meer info.
Opdracht 2 Eigenlijke dataverzameling
Elk teamlid verzamelt minstens 3 datasets.
Opdracht 3 Conclusie
Je hebt nu heel wat datasets, minstens 3 verschillende sets per teamlid.
Ga als volgt te werk.
Klik op een link voor meer info.
Deze conclusies kan je opnemen in je eindconclusies.
(Student)leraren geven aan dat het heel krachtig is om op het einde van het traject een moment te voorzien waarop ze hun TR-resultaten kunnen presenteren aan elkaar, bv. via postersessies of presentaties.
Opdracht 1
Maak samen met je TDT een poster van je TR-cyclus. Vermeld hierbij zeker:
Opdracht 2
Tijdens een postersessie presenteren de verschillende TDTs hun TR-onderzoek aan elkaar.
Maak een kort verslag over de postersessie:
In OS?! kan je rekenen op heel wat tools om van je praktijkonderzoek een succesverhaal te maken. Deze tools werden samengevat in wat de ‘bouwstenen’ van de OS?! wordt genoemd. Uiteraard zal er, afhankelijk van het type onderzoek, meer de nadruk worden gelegd op de ene bouwsteen dan op de andere. Toch kan het helpen om ook in de loop van het traject even terug te kijken naar de bouwstenen en te bedenken in hoeverre het praktijkonderzoek hier nog voldoende mee aan de slag gaat.
Zelfs al ga je niet aan de slag met een volledig OS?! traject, toch kan je je inspireren op de 12 bouwstenen.
1. Opdracht
Herlees het onderdeel over OS?! in de intro van deze lob (‘Praktijkonderzoek’) uit het LOB-Blended model. In deze intro zitten de 12 basisbouwstenen van OS?! verweven.
Welke bouwsteen hoort bij welke omschrijving? Sleep de cijfers onderaan de bouwsten naar de juiste bouwstenen in het rooster. Klik op de cijfers rechts om de omschrijving te kennen.
Omschrijvingen
Klik op de cijfers om de omschrijvingen te lezen.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
1.
De Onderzoekende School?! is gebaseerd op een samenwerkingsmodel waarbij leerkrachten, leraren
in opleiding, lerarenopleiders en expperts samen een onderzoekende houding aannemen,aan de slag gaan met
praktijkvragen en hun onderwijspraktijk verbeteren.
2.
In een Onderzoekende School?! werken we volgens een onderzoekscyclus.
3.
Het onderzoek vertrekt steeds vanuit de eigen lespraktijk en is gericht op het verbeteren
van het leren van de leerlingen.
4.
Leren van elkaar en met elkaar staat centraal.
In de Onderzoekende School?! deinzen leerkrachten er niet voor terug om hun klasdeur open te stellen voor
hun collega's en studenten.
5.
In de Onderzoekende School?! vertekken we vanuit het bottom-up principe. Als team beslis je zelf
de richting die je uitgaat en laat je deze zelf zoveel mogelijk aansluiten
bij de noden van je school, klaspraktijk en leerlingen.
6.
Leraren in opleiding en leerkachten leren van elkaar.
Deze expertise wordt binnen de Onderzoekende School?! als heel belangrijk beschouwd.
7.
We bouwen met dit traject een brug tussen de lerarenopleiding en de school.
De lerarenopleider treedt op als bruggenbouwer in het team. Deze tracht de kloof
tussen de opleiding en de school te dichten en zorgt voor de nodige
uitwisseling tussen de instituten.
8.
De Onderzoekende School?! verwacht niet dat jullie opnieuw het warm water uitvinden.
Maar van elkaar, van reeds uitgevoerd onderzoek.
9.
Met dit traject willen we de kloof tussen theorie en praktijk dichten en voor leraren
(praktijk)onderzoek bereikbaarder maken.
10.
In de Onderzoekende School?! vertrekken we van de noden die belangrijk zijn, maar durven we verder
kijken dan ons buikgevoel en intuïtie.
We durven andere dingen uitproberen dan dat we in eerste instantie als 'juist' beschouwen.
11.
De coaches krijgen een tweedaags coachingtraject aangeboden dat ervoor zorgt dat
ze de vaardigheden en kennis bezitten om het onderzoeksteam te begeleiden in het uitvoeren
van het praktijkonderzoek.
12.
Het is belangrijk dat alle leerkrachten op de hoogte zijn van de werking van het onderzoekende team.
Dit door de andere leerkrachten op regelmatige basis te informeren en te betrekken bij de acties
die worden genomen.
2. Opdracht
Je maakt deel uit van het TDT van je school dat dit schooljaar samen aan de slag gaat om een STEM-project rond duurzaamheid op blended wijze vorm te geven. Jullie willen hier niet blindelings mee aan de slag gaan en zouden dit graag koppelen aan praktijkgericht onderzoek.
OS?! zet sterk in op het onderzoekend team dat de motor van het praktijkonderzoek is. Naast de bruggenbouwer, de teamcoach en de coachingstrajecten wordt er ook op bewuste wijze omgegaan met de rol die ieder teamlid kan spelen. Gelijkwaardigheid en diversiteit zijn de sterktes van een goed draaiend team.
Effectieve teams bestaan uit zoveel mogelijk verschillende ‘rollen’. De mate waarin teamleden elkaars rollen kennen én benutten bepaalt het succes van het team. Belangrijk hierbij is ook te onthouden dat geen enkele rol belangrijker is dan de andere, dat rollen kunnen veranderen doorheen de tijd en dat personen meerdere rollen kunnen opnemen. Prof.dr. Meredith Belbin deed uitgebreid onderzoek naar hoe mensen hun rol opnemen in teamverband. Mensen blijken twee à drie voorkeursrollen te hebben, die ze zonder probleem kunnen combineren. Ze vervullen deze rol van nature graag. Het is slim om als coach te achterhalen welke rollen dit zijn en mensen net in hun kracht te gaan waarderen. Toch zal je als coach op zoek moeten gaan naar de wijze waarop iedereen elkaar kan aanvullen.
De rollen van Belbin kunnen als volgt geclusterd worden:
Opdracht
Je maakt deel uit van het TDT van je school dat dit schooljaar samen aan de slag gaat om een STEM-project rond duurzaamheid op blended wijze vorm te geven. Jullie willen hier niet blindelings mee aan de slag gaan en zouden dit graag koppelen aan praktijkgericht onderzoek.
Vorm groepjes met een vijftal studenten/collega’s om deze opdracht uit te voeren.
TIP
collega aardrijkskunde, biologie, wiskunde, chemie, fysica, natuurwetenschappen,
maar heb je ook gedacht aan de collega informatica, de ICT coördinator, een collega Nederlands of taalcoördinator?
Collega eerste graad techniek? Ben je een team ASO leerkrachten: denk ook aan collega’s TSO, BSO die STEM-vakken geven, of omgekeerd …
TIP
Naast het opnemen van verschillende rollen door 1 persoon, denk in een latere fase
ook aan de (tijdelijke) inbreng van ‘experts’ als je aan praktijkonderzoek doet,
bvb een iSTEM-coach, de pedagogische begeleider, de collega geschiedenis die
superhandig is met bookwidgets, collega elektriciteit, misschien een expert
uit je eigen omgeving …
Een team met een ‘deviant’ (of uitdager, functionele dwarsligger) stelt vragen bij vanzelfsprekende teams. Hij of zij blijft wel in verbinding met het team. Maar teams hebben iemand aan boord nodig die de vanzelfsprekendheid in vraag stelt.
Opdracht
Je maakt deel uit van het TDT van je school dat dit schooljaar samen aan de slag gaat om een STEM-project rond energie op blended wijze vorm te geven. Jullie willen hier niet blindelings mee aan de slag gaan en zouden dit graag koppelen aan praktijkgericht onderzoek.
Coachingsvaardigheden kan je aanleren en inoefenen. Veel van die vaardigheden gebruik je waarschijnlijk al onbewust in allerhande situaties. Door ze bewust toe te passen in team-contexten kan je het team mee helpen groeien en de innovatiekracht van dit team stimuleren.
Jef Clement spreekt in zijn boek ‘Inspirerend coachen’ over zeven coachings vaardigheden en het GRROW-model. Het GRROW-model is gebaseerd op het GROW-model dat werd ontwikkeld in de UK eind jaren 1980 en ingezet voor het coachen in o.a. bedrijven [1]. Het GROW-model wordt sindsdien vaak gebruikt als inspiratie voor het vormgeven van coaching en het ontwikkelen van coachingsmodellen. Jef Clement voegde een extra ‘R’ toe aan het model. De R van ‘Resource’ of bronnen waaruit een coach kan putten of naar op zoek gaat om zijn doel te bereiken [2].
Opdracht
1. Bekijk onderstaande kennisclip waar de GRROW-vaardigheden helder toegelicht worden:
2. Lees deze casus aandachtig door:
Je maakt deel uit van het TDT van je school dat dit schooljaar samen aan de slag gaat om een STEM-project op blended wijze vorm te geven. Jullie willen hier niet blindelings mee aan de slag gaan en zouden dit graag koppelen aan praktijkgericht onderzoek.
Een collega die uitgenodigd werd om deel uit te maken van het STEM-TDT geeft aan het begin van de eerste vergadering aan dat ze de zin van dit project niet in ziet. Er heerst volgens haar de laatste jaren een verschuiving van de taken van de leerkracht wetenschappen die ze niet positief vindt. Een leerkracht is in eerste instantie opgeleid om zijn klastaken te volbrengen. Leerkrachten zouden de tijd die ze investeren in dergelijke vergaderingen beter besteden aan de begeleiding van leerlingen in de klas. Ze is van mening dat je als leerkracht toch heel goed weet wat je in je klas moet geven en doen. Als elke collega zijn opdracht goed uitvoert, dan kunnen de leerlingen volgens haar genieten van goed onderwijs.
Met haar discours is de toon van de eerste vergadering meteen gezet. De andere teamleden zitten er eerder stil bij en weten niet goed hoe te reageren.
Inspiratie nodig?
Gebruik de bijgevoegde afbeeldingen waarmee een teamlid een voorstel tot
coachende aanpak op deze casus heeft gepitcht.
Bekijk deze clip:
Als een teamlid zegt:
"We hebben een probleem! Het lukt ons nooit om dat materiaal
op de afgesproken tijd klaar te hebben."
Dan kan je als coach zeggen:
"Oei, dat is jammer." Of "Wacht, ik zal het dan zelf wel doen."
Er gebeurt echter iets anders als je vraagt:
"Wat is het grootste probleem waardooor het materiaal niet klaar zal zijn?
Hoe kunnen we dit aanpakken?"
Je kan de succesfactoren voor Blended learning m.b.t de pedagogische noden van leerlingen bij online en blended learning gebruiken om het blended STEM-project te evalueren en bij te sturen.
De onderzoekende school die aan de slag ging met het ‘blenden’ van een e-cursus gebruikte hiervoor een kwaliteitszorginstrument ontwikkeld voor blended learning in het Vlaams VO. Het ging om een gevalideerde enquête rond de succesfactoren voor blended learning (zie resultaten case "blended programmeren en fysica"). De school focuste op de 4 succesfactoren die het meest betrekking hebben op de kwaliteitsdimensies van hun blended STEM-lessen. De enquête werd uiteraard lichtjes aangepast aan de context van SO. Na de enquête was er nog een nabespreking van het project in een focusgroep. De resultaten van de enquête en de focusgroep werden gebruikt om de kwaliteit van het blended STEM-project te evalueren en doelgericht bij te sturen.
Opdracht
Welke 4 succesfactoren werden bij dit specifieke project betrokken?
Beluister hiervoor aandachtig de input van de leerlingen
in onderstaande audio-fragmenten uit de focusgroep.
Audio-opname 1
Oplossing
Succesfactor Personalisatie
→ Feedback en scaffolds
Audio-opname 2
Oplossing
Succesfactor Transparantie
→ Duidelijkheid
Audio-opname 3
Oplossing
Succesfactor Interactie
→ Groepswerk
Audio-opname 4
Oplossing
Succesfactor Personalisatie
→ Video en audio / authenticiteit
Audio-opname 5
Oplossing
Succesfactor Productiviteit
→ Zin en motivatie om actief aan de slag te gaan
Jullie maken deel uit van een TDT binnen een school en jullie werken een blended STEM-project uit rond het thema ‘Ruimtevaart’. Jullie zullen samen met je TDT een TR-onderzoek uitvoeren rond de ontwikkelde blended leermaterialen en de uitrol ervan in de klas.
Opdracht 1: Je passie als leraar
Opdracht 2: Een TR-onderzoeksvraag formuleren
Nr. | Criteria | Vul hieronder in | |
---|---|---|---|
0 | Start: Mijn huidige onderzoeksvraag is: | ||
1 | Sluit het aan bij je interesse, waarom? | ||
2 | Verbetert het het leren van de lln.? Leg uit. | ||
3 | Is het een vraag waarvan je het antwoord nog niet kent? | ||
4 | Is het een vraag over je eigen lespraktijk? | ||
5 | Is de vraag concreet? | ||
6 | Is de vraag onderzoekbaar? | ||
7 | Draagt het antwoord op de vraag bij tot de verbetering van de lespraktijk? | ||
8 | Conclusie: Schrijf de aangepaste versie van je vraag hier: |
Opdracht 3: Je TR-onderzoeksvraag
Noteer jullie definitieve TR-onderzoeksvraag.
Opdracht 1 Methodes selecteren
Je hebt samen met je TDT een TR-onderzoeksvraag geformuleerd rond een blended STEM-project met als thema ‘Ruimtevaart’. De volgende stap is het selecteren van relevante data. Omwille van de betrouwbaarheid van de data verzamel je als team op minstens 3 verschillende manieren data (principe van triangulatie). Ga als volgt te werk:
1. Elk teamlid schrijft op op welke 3 manieren hij/zij data wil verzamelen. Je kan kiezen uit:
2. Bespreek binnen je TDT welke manieren van datacollectie je wil kiezen.
3. Jullie hebben nu 3 of meer verschillende manieren van dataverzameling gekozen. Concretiseer dit verder:
Opdracht 2 Eigenlijke dataverzameling
Elk teamlid verzamelt minstens 3 datasets.
Opdracht 3 Conclusie
Je hebt nu heel wat datasets, minstens 3 verschillende sets per teamlid.
1. Welke conclusies zijn hetzelfde voor elke dataset?
Deze conclusies kan je opnemen in je eindconclusies.
2. Vallen sommige conclusies in sommige datasets op, maar in andere niet? Spreken sommige datasets elkaar tegen? Hoe komt dit?
3. Wat heb je geleerd van het praktijkonderzoek? Formuleer je eindconclusies. Deze bevatten:
(Student)leraren geven aan dat het heel krachtig is om op het einde van het traject een moment te voorzien waarop ze hun TR-resultaten kunnen presenteren aan elkaar, bv. via postersessies of presentaties.
Opdracht 1
Maak samen met je TDT een poster van je TR-cyclus. Vermeld hierbij zeker:
Opdracht 2
Tijdens een postersessie presenteren de verschillende TDTs hun TR-onderzoek aan elkaar.
Maak een kort verslag over de postersessie:
In OS?! kan je rekenen op heel wat tools om van je praktijkonderzoek een succesverhaal te maken. Deze tools werden samengevat in wat de ‘bouwstenen’ van de OS?! wordt genoemd. Uiteraard zal er, afhankelijk van het type onderzoek, meer de nadruk worden gelegd op de ene bouwsteen dan op de andere. Toch kan het helpen om ook in de loop van het traject even terug te kijken naar de bouwstenen en te bedenken in hoeverre het praktijkonderzoek hier nog voldoende mee aan de slag gaat.
Zelfs al ga je niet aan de slag met een volledig OS?! traject, toch kan je je inspireren op de 12 bouwstenen.
1. Opdracht
Herlees het onderdeel over OS?! in de intro van deze lob (‘Praktijkonderzoek’) uit het LOB-Blended model. In deze intro zitten de 12 basisbouwstenen van OS?! verweven.
Welke bouwsteen hoort bij welke omschrijving? Sleep de cijfers onderaan de bouwsten naar de juiste bouwstenen in het rooster. Klik op de cijfers rechts om de omschrijving te kennen.
Nota: deze oefening kan je alleen maken op een laptop.
Omschrijvingen
Klik op de cijfers om de omschrijvingen te lezen.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
1.
De Onderzoekende School?! is gebaseerd op een samenwerkingsmodel waarbij leerkrachten, leraren
in opleiding, lerarenopleiders en expperts samen een onderzoekende houding aannemen,aan de slag gaan met
praktijkvragen en hun onderwijspraktijk verbeteren.
2.
In een Onderzoekende School?! werken we volgens een onderzoekscyclus.
3.
Het onderzoek vertrekt steeds vanuit de eigen lespraktijk en is gericht op het verbeteren
van het leren van de leerlingen.
4.
Leren van elkaar en met elkaar staat centraal.
In de Onderzoekende School?! deinzen leerkrachten er niet voor terug om hun klasdeur open te stellen voor
hun collega's en studenten.
5.
In de Onderzoekende School?! vertekken we vanuit het bottom-up principe. Als team beslis je zelf
de richting die je uitgaat en laat je deze zelf zoveel mogelijk aansluiten
bij de noden van je school, klaspraktijk en leerlingen.
6.
Leraren in opleiding en leerkachten leren van elkaar.
Deze expertise wordt binnen de Onderzoekende School?! als heel belangrijk beschouwd.
7.
We bouwen met dit traject een brug tussen de lerarenopleiding en de school.
De lerarenopleider treedt op als bruggenbouwer in het team. Deze tracht de kloof
tussen de opleiding en de school te dichten en zorgt voor de nodige
uitwisseling tussen de instituten.
8.
De Onderzoekende School?! verwacht niet dat jullie opnieuw het warm water uitvinden.
Maar van elkaar, van reeds uitgevoerd onderzoek.
9.
Met dit traject willen we de kloof tussen theorie en praktijk dichten en voor leraren
(praktijk)onderzoek bereikbaarder maken.
10.
In de Onderzoekende School?! vertrekken we van de noden die belangrijk zijn, maar durven we verder
kijken dan ons buikgevoel en intuïtie.
We durven andere dingen uitproberen dan dat we in eerste instantie als 'juist' beschouwen.
11.
De coaches krijgen een tweedaags coachingtraject aangeboden dat ervoor zorgt dat
ze de vaardigheden en kennis bezitten om het onderzoeksteam te begeleiden in het uitvoeren
van het praktijkonderzoek.
12.
Het is belangrijk dat alle leerkrachten op de hoogte zijn van de werking van het onderzoekende team.
Dit door de andere leerkrachten op regelmatige basis te informeren en te betrekken bij de acties
die worden genomen.
2. Opdracht
Je maakt deel uit van het TDT van je school dat dit schooljaar samen aan de slag gaat om een STEM-project rond duurzaamheid op blended wijze vorm te geven. Jullie willen hier niet blindelings mee aan de slag gaan en zouden dit graag koppelen aan praktijkgericht onderzoek.
OS?! zet sterk in op het onderzoekend team dat de motor van het praktijkonderzoek is. Naast de bruggenbouwer, de teamcoach en de coachingstrajecten wordt er ook op bewuste wijze omgegaan met de rol die ieder teamlid kan spelen. Gelijkwaardigheid en diversiteit zijn de sterktes van een goed draaiend team.
Effectieve teams bestaan uit zoveel mogelijk verschillende ‘rollen’. De mate waarin teamleden elkaars rollen kennen én benutten bepaalt het succes van het team. Belangrijk hierbij is ook te onthouden dat geen enkele rol belangrijker is dan de andere, dat rollen kunnen veranderen doorheen de tijd en dat personen meerdere rollen kunnen opnemen. Prof.dr. Meredith Belbin deed uitgebreid onderzoek naar hoe mensen hun rol opnemen in teamverband. Mensen blijken twee à drie voorkeursrollen te hebben, die ze zonder probleem kunnen combineren. Ze vervullen deze rol van nature graag. Het is slim om als coach te achterhalen welke rollen dit zijn en mensen net in hun kracht te gaan waarderen. Toch zal je als coach op zoek moeten gaan naar de wijze waarop iedereen elkaar kan aanvullen.
De rollen van Belbin kunnen als volgt geclusterd worden:
Opdracht
Je maakt deel uit van het TDT van je school dat dit schooljaar samen aan de slag gaat om een STEM-project rond duurzaamheid op blended wijze vorm te geven. Jullie willen hier niet blindelings mee aan de slag gaan en zouden dit graag koppelen aan praktijkgericht onderzoek.
Vorm groepjes met een vijftal studenten/collega’s om deze opdracht uit te voeren.
TIP
collega aardrijkskunde, biologie, wiskunde, chemie, fysica, natuurwetenschappen,
maar heb je ook gedacht aan de collega informatica, de ICT coördinator, een collega Nederlands of taalcoördinator?
Collega eerste graad techniek? Ben je een team ASO leerkrachten: denk ook aan collega’s TSO, BSO die STEM-vakken geven, of omgekeerd …
TIP
Naast het opnemen van verschillende rollen door 1 persoon, denk in een latere fase
ook aan de (tijdelijke) inbreng van ‘experts’ als je aan praktijkonderzoek doet,
bvb een iSTEM-coach, de pedagogische begeleider, de collega geschiedenis die
superhandig is met bookwidgets, collega elektriciteit, misschien een expert
uit je eigen omgeving …
Een team met een ‘deviant’ (of uitdager, functionele dwarsligger) stelt vragen bij vanzelfsprekende teams. Hij of zij blijft wel in verbinding met het team. Maar teams hebben iemand aan boord nodig die de vanzelfsprekendheid in vraag stelt.
Opdracht
Je maakt deel uit van het TDT van je school dat dit schooljaar samen aan de slag gaat om een STEM-project rond energie op blended wijze vorm te geven. Jullie willen hier niet blindelings mee aan de slag gaan en zouden dit graag koppelen aan praktijkgericht onderzoek.
Coachingsvaardigheden kan je aanleren en inoefenen. Veel van die vaardigheden gebruik je waarschijnlijk al onbewust in allerhande situaties. Door ze bewust toe te passen in team-contexten kan je het team mee helpen groeien en de innovatiekracht van dit team stimuleren.
Jef Clement spreekt in zijn boek ‘Inspirerend coachen’ over zeven coachings vaardigheden en het GRROW-model. Het GRROW-model is gebaseerd op het GROW-model dat werd ontwikkeld in de UK eind jaren 1980 en ingezet voor het coachen in o.a. bedrijven [1]. Het GROW-model wordt sindsdien vaak gebruikt als inspiratie voor het vormgeven van coaching en het ontwikkelen van coachingsmodellen. Jef Clement voegde een extra ‘R’ toe aan het model. De R van ‘Resource’ of bronnen waaruit een coach kan putten of naar op zoek gaat om zijn doel te bereiken [2].
Opdracht
1. Bekijk onderstaande kennisclip waar de GRROW-vaardigheden helder toegelicht worden:
2. Lees deze casus aandachtig door:
Je maakt deel uit van het TDT van je school dat dit schooljaar samen aan de slag gaat om een STEM-project op blended wijze vorm te geven. Jullie willen hier niet blindelings mee aan de slag gaan en zouden dit graag koppelen aan praktijkgericht onderzoek.
Een collega die uitgenodigd werd om deel uit te maken van het STEM-TDT geeft aan het begin van de eerste vergadering aan dat ze de zin van dit project niet in ziet. Er heerst volgens haar de laatste jaren een verschuiving van de taken van de leerkracht wetenschappen die ze niet positief vindt. Een leerkracht is in eerste instantie opgeleid om zijn klastaken te volbrengen. Leerkrachten zouden de tijd die ze investeren in dergelijke vergaderingen beter besteden aan de begeleiding van leerlingen in de klas. Ze is van mening dat je als leerkracht toch heel goed weet wat je in je klas moet geven en doen. Als elke collega zijn opdracht goed uitvoert, dan kunnen de leerlingen volgens haar genieten van goed onderwijs.
Met haar discours is de toon van de eerste vergadering meteen gezet. De andere teamleden zitten er eerder stil bij en weten niet goed hoe te reageren.
Inspiratie nodig?
Gebruik de bijgevoegde afbeeldingen waarmee een teamlid een voorstel tot
coachende aanpak op deze casus heeft gepitcht.
Bekijk deze clip:
Als een teamlid zegt:
"We hebben een probleem! Het lukt ons nooit om dat materiaal
op de afgesproken tijd klaar te hebben."
Dan kan je als coach zeggen:
"Oei, dat is jammer." Of "Wacht, ik zal het dan zelf wel doen."
Er gebeurt echter iets anders als je vraagt:
"Wat is het grootste probleem waardooor het materiaal niet klaar zal zijn?
Hoe kunnen we dit aanpakken?"
Je kan de succesfactoren voor Blended learning m.b.t de pedagogische noden van leerlingen bij online en blended learning gebruiken om het blended STEM-project te evalueren en bij te sturen.
De onderzoekende school die aan de slag ging met het ‘blenden’ van een e-cursus gebruikte hiervoor een kwaliteitszorginstrument ontwikkeld voor blended learning in het Vlaams VO. Het ging om een gevalideerde enquête rond de succesfactoren voor blended learning (zie resultaten case "blended programmeren en fysica"). De school focuste op de 4 succesfactoren die het meest betrekking hebben op de kwaliteitsdimensies van hun blended STEM-lessen. De enquête werd uiteraard lichtjes aangepast aan de context van SO. Na de enquête was er nog een nabespreking van het project in een focusgroep. De resultaten van de enquête en de focusgroep werden gebruikt om de kwaliteit van het blended STEM-project te evalueren en doelgericht bij te sturen.
Opdracht
Welke 4 succesfactoren werden bij dit specifieke project betrokken?
Beluister hiervoor aandachtig de input van de leerlingen
in onderstaande audio-fragmenten uit de focusgroep.
Audio-opname 1
Oplossing
Succesfactor Personalisatie
→ Feedback en scaffolds
Audio-opname 2
Oplossing
Succesfactor Transparantie
→ Duidelijkheid
Audio-opname 3
Oplossing
Succesfactor Interactie
→ Groepswerk
Audio-opname 4
Oplossing
Succesfactor Personalisatie
→ Video en audio / authenticiteit
Audio-opname 5
Oplossing
Succesfactor Productiviteit
→ Zin en motivatie om actief aan de slag te gaan